Uitdagingen IT-infrastructuur in distributiecentra

Een distributiecentrum is meer dan loading bays, parkeerplaatsen en opslagruimte. De digitale kant van de zaak is minstens zo belangrijk. Als de digitale ondersteuning vastloopt, loopt de distributie ook in het honderd. Maar waar loop je als IT-manager tegenaan als je de IT-infrastructuur van jouw distributiecentrum op orde wilt brengen? Wij vonden 3 belangrijke uitdagingen.

1. Waar kan ik mijn (data-)bekabeling en IT-racks kwijt?

Rond de millenniumwisseling zien we wifi opkomen als standaard voor draadloos netwerken. Ironisch genoeg lijkt de behoefte aan databekabeling ongeveer net zo snel toe te nemen als de verspreiding van wifi. Voor kritische data, zoals de gegevens die logistieke processen in een distributiecentrum aandrijven, is de betrouwbaarheid van een bekabeld netwerk bijna onmisbaar.

Binnen de standaard mag een UTP-kabel (netwerkkabel) maximaal 100 meter lang zijn. Wie een veilige marge wil inbouwen gaat zelfs voor 90 meter. Dat betekent dat er naast serverracks voor IT-hardware ook behuizingen nodig zijn om routers en switches in te plaatsen. Een belangrijke zorg voor iedere IT-manager is dan ook ‘waar vind ik de ruimte om nog een rack te plaatsen?’

2. Hoeveel redundantie vraagt mijn risicoprofiel

Veiligheid is een rekensom. Je kunt berekenen wat het kost als een datacentrum uitvalt en je kunt risico’s inschatten: brand, waterschade, stroomuitval, en ga zo maar door. Daar staan kosten voor redundantie tegenover. Binnen die berekening staat N voor de hardware zonder redundantie. N+1 duidt erop dat er naast de gegevens één back-up beschikbaar is. Bij N+2 zelfs twee en ga zo maar door. Naast back-ups kun je ook middelen redundant maken. Vallen er systemen uit, dan heb je andere systemen om op terug te vallen. 2N houdt in dat je twee keer zoveel middelen beschikbaar hebt als nodig zijn.

De hoeveelheid back-ups en de beschikbare capaciteit vragen beiden om investeringen. Daarnaast neemt de complexiteit van het systeem toe naarmate er meer redundantie is ingebouwd. Het vraagt meer middelen, kennis en tijd om een 3N+5 systeem te onderhouden dan een N+1 (om maar een dwarsstraat te noemen). Aan de IT-manager de taak om in te schatten welke risico’s er zijn, wat de kans daarop is en hoeveel budget er nodig is om die risico’s met redundantie te ondervangen.

3. Security

In het verlengde van redundantie komt beveiliging. Ook al maak je regelmatig back-ups en heb je de IT-middelen bij de hand in jouw Main Equipment Room (MER) en (eventueel) in een Satellite Equipment Room (SER), dan nog kan een onfortuinlijk ransomware-moment jouw distributiecentrum destabiliseren. Ongewenste code die uitgevoerd wordt, kan ook op de back-ups belanden. Daarom is databeveiliging minstens zo belangrijk als het maken van back-ups en redundantie van de hardware.

Maar beveiliging gaat een stap verder dan digitaal. Het omvat ook toegangscontrolesystemen of  sloten op server- en networkingracks met hardware en andere fysieke middelen om ongewenste toegang tot de systemen te blokkeren. Het is aan de IT-manager om te zorgen dat hang- en sluitwerk goed is, de toegangscontrole geregeld wordt én dat de systemen tegen virtuele indringers beschermd zijn. Net als bij back-ups geldt ook voor beveiligingsbeleid dat het pas goed beleid is als het getest is. Nog een taak voor de toch al druk bezette IT-manager.

Zonder IT-infrastructuur valt een distributiecentrum stil. Het is aan de IT-manager om ervoor te zorgen dat er bescherming is ingebouwd tegen de meest voorkomende risico’s én dat bij een onverhoopte calamiteit de downtime tot een minimum beperkt wordt. De drie belangrijkste gebieden die daarbij aandacht verdienen zijn de fysieke plaats van alle bekabeling, toebehoren, redundantie en beveiliging.