Elektravon: van vele markten thuis

Bij binnenkomst in Naaldwijk kun je er niet omheen: het promotiebord van Elektravon springt direct in het oog. En dat mag ook: Elektravon is als groep van elektrotechnische installatiebedrijven een begrip in de omgeving – en ver daarbuiten. Twee jaar geleden verkochten de toenmalig directeur-eigenaren het 63-jarige bedrijf met drie vestigingen in Naaldwijk, Leiden en Breda aan De Groot Installatiegroep uit Hengelo, met Dennes van de Graaf en Mike van Eeghem als directie aangesteld. “We zijn echte Elektravon-mensen”, zo  verwoordt nieuw Algemeen Directeur van de Graaf het zelf. “Ik werk hier al zo’n 33 en mijn collega directeur Mike van Eeghem 23 jaar. We kennen het DNA van het bedrijf als geen ander en zijn trots dat we die cultuur mogen voortzetten.”

In 1959 begon Elektravon ‘zoals ieder ander installatiebedrijf’: met de verkoop van koelkasten en televisies. Al snel breidden de diensten uit. Miste de klant een stopcontact in huis? Men kwam op zaterdag ‘wel even langs om het te regelen’. In de loop der tijd kwamen er steeds meer projecten bij in diverse branches: van woning- en utiliteitsbouw tot moderne glastuinbouw tot (farmaceutische) industrie. “Elektravon is van alle markten thuis. Dat maakt het zo leuk. Maar tegelijk uitdagend: we willen overal kwaliteit leveren en alle ontwikkelingen bijhouden. Gelukkig gaat ons dat goed af,” aldus Van de Graaf. “We zeggen altijd: al komt er een onderzeeboot boven in de sloot achter ons – wij installeren ‘m wel!”. Geen uitdaging uit de weg.

’Westlands’ DNA

Haagse Van de Graaf vertelt uitvoerig over het DNA van het bedrijf. “Elektravon is echt een Westlands bedrijf. Op school was het al duidelijk: de jongens uit Westland… die wisten wat werken was. Altijd de mooiste brommers, alles doen wat ze wilden. Hoe? Voor schooltijd hadden ze er al een dienst opzitten in de kassen. Na school werkten ze door. Dat ‘harde werken’ werd ze met de paplepel ingegoten. Dat is de mentaliteit die je hier nog steeds ziet: vrij direct, meters maken, maar vooral: doen wat we zeggen en zeggen wat we doen!”. Door die werkdrive ontstaat een duidelijke team effort; de vele lange dienstverbanden zijn graadmeter. “We werken hard, maar zorgen ook voor een goede sfeer. We doen het echt met elkaar. Iedereen wordt gewaardeerd, krijgt verantwoordelijkheden, ontwikkelingskansen én vrijheid.

Paneelbouw

Eén van de expertises van Elektravon is besturingstechniek. Al wandelend door de montagehal van vestiging Naaldwijk, vertelt Van de Graaf: “Wij ontwerpen en bouwen schakel- en verdeelinrichtingen, zowel voor de glastuinbouw, de projectafdeling als de regeltechniek. In die kasten plaatsen we een klimaatcomputer of gebouwbeheersysteem die componenten als pompen, ventilatoren en motoren aansturen.” Hij wijst naar de werkbanken. “Hier liggen bijvoorbeeld kasten en montageplaten van Rittal die we in elkaar hebben gemonteerd – klaar voor transport voor ons huidige project: Chassé Park Breda. Een parkeergarage waar we de complete regeling van alle bestaande schakelkasten vervangen. Een uitdagende klus, want in de tussentijd moeten we de boel daar draaiende houden. We werken gefaseerd per montageplaat. Het bouwen van een paneel kost twee à drie dagen en daarna installeren we ze ter plaatse. Binnen een dag hebben we zo’n kast weer werkend. De gemeente is betrokken én er is een strakke deadline: voor Koningsdag moet alles operationeel zijn, want dan zal het park helemaal vol staan.”

Montagetafels

Wat opvalt in de montagehal zijn de vier bijzondere montagetafels die zich duidelijk onderscheiden van de overige exemplaren. “Ja, dit zijn de nieuwe montagetafels!”, zegt monteur Arie lachend, druk schroevend in het paneel op zijn tafel. Van de Graaf licht toe: “Al enkele jaren zochten we dé oplossing voor ergonomisch werken. Je moet je voorstellen dat je bij het afmonteren werkt met een kast die plat op zijn rug ligt. Je staat continu voorovergebogen. Dat is een belasting voor rug en schouders. Ik sprak ooit een ergonoom, die zei: ‘de beste houding is de volgende’. Dat is mij altijd bijgebleven. Toen ik van de nieuwe elektronische montagetafels van Rittal vernam, was ik meteen geïnteresseerd. De oplossing voor een probleem waar we al een tijd onderzoek voor deden. Het meedenken hierin van Rittal Account Manager Pierre Jetten én het leveren van een kwaliteitsproduct als dit, was een schot in de roos”.

Monteur Arie demonstreert hoe de montagetafel in elke stand verstelbaar is, naar eigen persoonlijke voorkeur. “Je bedient hem heel eenvoudig elektrisch van hoog tot laag en van liggend tot staand. Steeds een klein beetje aanpassen tot je er weer goed voor staat. Ik merk dat ik veel prettiger werk en sneller. Ik heb minder last van mijn rug.” Van de Graaf vervolgt: “De monteurs zijn enthousiast en ik ook: het zijn prachtige tafels, robuust en stabiel. Ze werken op accu en er kunnen montageplaten op tot 180 bij 200 cm. Op dit moment hebben we er vier. Maar we willen uiteindelijk al onze tafels ermee vervangen. We hebben de ambitie om de werkplaats drie keer zo groot te laten groeien. Als de muren eruit zijn, hebben we meer plek. Dan gaan er zeker zes tafels bijkomen. We kunnen onze mensen met expertise dan nog beter inzetten voor de montage van componenten. En met hetzelfde aantal mensen meer werk aan”.

Tijd vol perikelen

De groeiambitie van Van de Graaf blijkt uit alles. Locatie-technisch is er veel potentie om te groeien. Maar ook de opdrachtenstroom is van belang. Van de Graaf: “Door alle perikelen van de afgelopen jaren is de installatiemarkt behoorlijk in rep en roer; de keten is van slag. Dat startte al met de PFAS- en stikstofproblematiek, waardoor vergunningen slecht loskwamen. Vervolgens de pandemie waardoor ontwikkelaars hun bouwplannen ‘in de koelkast zetten’. En nu de schrijnende oorlogssituatie in Oekraïne – een
land waar veel grondstoffen vandaan komen zoals staal en aluminium. Hierdoor is er minder aanbod, met hogere prijzen tot gevolg. Op sommige onderdelen zit wel een jaar levertijd. Hoewel we goed zijn in het zoeken naar alternatieven, gaat ook daar veel tijd en energie in zitten. Gelukkig zijn we in verschillende sectoren actief en staan we niet stil.”

Voor uitbreiding wil het bedrijf helder krijgen of projecten loskomen. “Bouwplannen worden altijd zo’n een tot twee jaar van tevoren gemaakt. Maar in coronatijd waren bedrijven voorzichtig. Dat merk je nu in de aanvragenstroom.” Toch bieden rampen zoals corona ook kansen, vertelt Van de Graaf: “Zo is onze afdeling in Leiden er ‘niet zomaar’ gekomen. Zeven jaar geleden waren we al werkzaam op het Bio Science Park voor verschillende farmaceutische opdrachtgevers. Toen daar het vaccin tegen COVID-19 in ontwikkeling kwam, hebben we binnen vier maanden tijd met 90 monteurs een fabriek uit de grond gestampt. Qua regel- en elektratechniek kwam daarin alles van onze hand: van ontwerp tot het laatste schroefje. In de farmaceutische industrie werken we uitsluitend met kwaliteitsproducten zoals die van Rittal. Tijd om bestek te schrijven was er natuurlijk ook niet. Ze hebben de juiste partijen bij elkaar gezet om de klus te klaren.” Vanuit die opdracht ervaart Elektravon nu spin-off: er is een compleet bedrijf uit voortgekomen. “Het hele Bio Science Park in Leiden heeft er een boost van gekregen – met nieuwe fabrieken, kantoorruimtes, labs en ‘clean rooms’. Zo werkt dat: als er eenmaal geld verdiend wordt, barst het investeren los. Dat is nu al gaande. We zijn blij dat we
daarbij betrokken zijn.”

Meebewegen

Dat ondernemen ‘meebewegen’ is, werd al duidelijk in de tuinbouwtak van het bedrijf. “Voorheen produceerden we in eigen land. Nu verplaatst het teelproces naar het buitenland: Amerika, Canada en China. In Nederland zijn grond en arbeidskrachten duur en is overal een vergunning voor nodig. Logisch dat die sector zich verplaatst naar de plek waar het nodig is. ” Zo’n verschuiving betekent niet dat Elektravon de afdeling tuinbouw loslaat. Sterker nog: het bedrijf laat haar expertise nog meer gelden. “We verdienen nu echt aan kennisoverdracht. Wij zorgen dat kassen gebouwd kunnen worden, we verkopen de projecten én we leiden de mensen van daar hier in Nederland op. We sturen ook nog iemand op locatie die computers installeert en instructies geeft. Zo blijft Nederland toch marktleider in de sector”, aldus Van de Graaf. Een mooi voorbeeld waaruit het ‘samenwerkings-DNA’ van Elektravon blijkt. “We zitten met z’n allen in dezelfde situatie. Ik vind dan ook dat we elkaar moeten helpen om projecten tot een goed einde te brengen.
Dat past bij ons bedrijf, bij onze cultuur. Dat idee voeren we zowel intern als extern door. En daarbij zoeken we partners die ons ondersteunen. Zoals ook Rittal doet: met vernieuwingen komen om werkzaamheden niet alleen efficiënter, maar vooral ook makkelijker en leuker te maken. Als ‘frisse’ directeur van ons mooie bedrijf word ik heel blij van die manier van werken. Al blijft het voor het ‘jongetje in mij’ soms best onwennig om mezelf ‘directeur’ te noemen”