Even voorstellen:
Sandor Torma

Sandor Torma is Technical Sales Engineer voor de industrie bij Rittal, maar in gedachten wisselt hij een paar keer per dag van locatie en schuift hij virtueel aan in het kantoor van de klant.

Dat moet je even uitleggen.

‘Ik werk als Technical Sales Engineer. Dat houdt in dat ik aansluit bij het vraagstuk van de klant. Als de klant een vraag heeft, proberen wij daar een technisch antwoord op te vinden met de juiste materialen en orders. Je moet het eigenlijk zo zien dat je aanschuift bij de klant. Dat je even virtueel aan zijn bureau gaat zitten als sparringpartner en adviseur.’

Kun je een voorbeeld geven van een vraagstuk dat nu op je bureau ligt?

‘Dat zijn er een heleboel. Van berekeningen tot bestellingen die niet op tijd geleverd kunnen worden. Van die laatste kan ik een voorbeeld geven. Laatst had ik een klant die de stroomverdelingskasten in een andere kleur wilde. De levertijd was acht weken, omdat het een speciaal product is. Maar de klant kon zo lang niet wachten. Dan kijken we of we met de kasten en materialen die we op voorraad hebben staan een acceptabel alternatief kunnen bouwen dat dicht in de buurt komt van de bestelde kast.’

Maar je kunt toch ook gewoon zeggen: wacht maar acht weken?

‘Dat zullen we niet snel zeggen. Hierin zijn we anders dan andere bedrijven, we zullen altijd op zoek gaan naar een oplossing. Dat is het karakter van Rittal: altijd dienstbaar tot het uiterste. Je krijgt die ruimte om tot een oplossing te komen ook. En mocht je dan toch nee moeten verkopen – omdat het echt niet lukt – dan moet je goed luisteren hoe deze boodschap landt bij de klant. We vragen altijd of we hem niet in problemen brengen doordat we op dat moment niet kunnen leveren.’

Hoe ben je bij Rittal terecht gekomen?

‘Ik ben in 2000 gestart bij Rittal aan de IT-kant. Ik kom uit de telecom wereld en heb gewerkt bij KPN, dus affiniteit met IT had ik wel. Voor mijn functie reed ik het hele land door, maar dat begon me wel een beetje tegen te staan omdat ik mijn kinderen weinig zag en veel van huis was. Daarom zocht ik een baan wat dichterbij huis: die vond ik bij Rittal. Ik zag de vacature in de krant staan en heb niet geaarzeld om te solliciteren.’

Wat heb jij in de tijd zien veranderen?

‘De IT-kant is een prijsvechtersmarkt geworden. Rittal heeft de meerwaarde in adviseren. Er zit ontzettend veel kennis bij Rittal en daar profiteert de klant van. Toen ik met Rittal begon had je met de eindgebruiker te maken, nu heb je te maken met de inkoopafdeling. Dat vraagt om andere communicatieve vaardigheden. Voor mij als techneut was dat wel even wennen. Als je met je evenbeeld bij de klant praat dan gaat het toch makkelijker dan dat je met tussenpersonen praat. Nu in de industriemarkt kan ik weer met de techneuten praten, dat vind ik wel fijn.

Wat vind je het leukste aan je werk?

‘De diversiteit, het klantcontact, en technisch invullen en toetsen. Ik probeer me zoals ik zei te verplaatsen in de klant. Of het nu een bierbrouwer is, een water- of stroomnet, of een tandpastafabriek. De techniek en waarvoor de producten gebruikt worden is heel divers. Daarom is het belangrijk te vragen in welke ruimte het product gebruikt wordt, of het daar warm is, of vochtig, etc. Ik heb dan het gevoel dat ik in het andere bedrijf zit. Even focussen op hoe het er aan toe gaat in die fabriek, tegen welke problemen ze aanlopen. Dan ben je echt aan het engineeren. Dat vind ik mooi om te doen.’

En komt thuis de techneut in jou ook nog naar boven?

‘Mijn hobby is aan oldtimer bromfietsen sleutelen. Ik ben begonnen met een oude okergele Simson uit 1967 die ik toentertijd voor mijn zoon kocht, maar heb er inmiddels zelf ook een uit 1985. In Duitsland is Simson een erg geliefd merk. Ik zit bij een club in Duitsland aangesloten, daar toeren we mee. We maken mooie tochten naar bijvoorbeeld de Eifel. Daar hebben ze mooie haarspelbochten en een prachtige natuur. We kamperen dan aan een stuwmeertje en de spullen daarvoor nemen we allemaal op de brommers mee. Moet je voorstellen 250 km per dag rijden op apparaten van meer dan 50 jaar oud.’

Spreek je dan zo goed Duits?

‘Ja, mijn vrouw is Duitse. Haar heb ik op mijn tweeëntwintigste leren kennen toen ik op de Solex naar Berlijn reed. Ik zou eigenlijk met een vriend samen naar Berlijn rijden, maar hij haakte af. In mijn eentje reed ik verder. Onderweg kwam ik een mooie meid op de camping tegen en na heel wat jaren ben ik daar nog steeds mee getrouwd. Via mijn vrouw ben ik ook aan dit brommermerk gekomen. Toen mijn zoon zestien was heb ik gekozen voor een mooie Oost-Duitse brommer.’

Gaat ze dan ook mee met de brommer?

‘Nee, absoluut niet. De brommer is mijn ding en zij heeft gelukkig haar eigen dingen.’